Home
/
Dutch
/
Staten Vertaling
/
Web
/
1 Koningen
1 Koningen 20.33
33.
De mannen nu namen naarstiglijk waar, en vatten het haastelijk, of het van hem ware, en zeiden: Uw broeder Benhadad leeft. En hij zeide: Komt, brengt hem. Toen kwam Benhadad tot hem uit, en hij deed hem op den wagen klimmen.